Inventarisatie van de weerstandscapaciteit

De weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet begrote kosten die onverwachts en substantieel zijn, te dekken. Het gaat om die elementen waarmee we tegenvallers kunnen bekostigen zoals bijvoorbeeld de algemene (weerstands)reserve, maar ook de onbenutte belastingcapaciteit en de stille reserves.

Hierbij maken we een onderscheid in incidentele en structurele weerstandscapaciteit. De incidentele weerstandscapaciteit is bedoeld om rekeningtekorten, calamiteiten en incidentele tegenvallers op te vangen. De structurele weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen die permanent ingezet kunnen worden om tegenvallers in de exploitatie op te vangen.

In het BBV (Besluit Begroting en Verantwoording) is niet voorgeschreven welke bestanddelen behoren tot de weerstandscapaciteit. Over het algemeen worden echter de bestanddelen gebruikt die in onderstaande tabel zijn genoemd. Deze bestanddelen zijn ontleend aan de ‘Handreiking duale begroting’ (Ministerie van Binnenlandse Zaken, 2002). Op basis geldt voor de gemeente Goirle de volgende tabel:

Bestanddeel weerstandscapaciteit

Incidentele weerstandscapaciteit

Structurele
weerstandscapaciteit

Algemene weerstandsreserve

X

Overige bestemmingsreserves

X

Onvoorzien

X

X

Begrotingsruimte

X

Stille en geheime reserves

X

Onbenutte belastingcapaciteit

X

Kostenreductie (bezuinigingen)

X

Berekening incidentele weerstandscapaciteit
In de nota Weerstandsvermogen en risicomanagement zijn de bestanddelen van de incidentele weerstandscapaciteit bepaald. In dit hoofdstuk vullen we het theoretisch kader in voor de specifieke situatie van de gemeente Goirle. Daarbij gaan we uit van standen per 31 december 2016 en houden we rekening met mutaties uit 2017.

Vrij aanwendbare deel van de Algemene Weerstandsreserve (AWR) en de algemene reserve grondexploitatie
De actuele stand van de algemene weerstandsreserve bedraagt per 31 december 2016:
€ 4.201.684,00 (conform de jaarrekening 2016). Op basis van de doorrekening van de AWR op basis van de toevoegingen en de claims uit de begroting 2017 stijgt de AWR naar € 4.455.947,00 eind 2017 en daalt vervolgens  naar € 3.411.151,00 per eind 2018. Omdat (conform de nota Weerstandsvermogen en Risicomanagement) een minimale omvang van deze reserve nodig is van € 2 miljoen, is de vrije ruimte in deze reserve € 1.411.151,00.

De actuele stand van de algemene reserve grondexploitatie bedraagt per 31 december 2016:
€ 2.600.891,00 (conform de jaarrekening 2016). Op basis van de doorrekening van deze reserve naar eind 2017 daalt deze naar € 2.564.651,00 en stijgt dan iets naar € 2.572.791,00 eind 2018. Omdat, conform de nota weerstandsvermogen en risicomanagement, een minimale omvang van deze reserve nodig is van € 2 miljoen, is de vrije ruimte in deze reserve € 572.791,00.

Algemene weerstandsreserve

€ 1.411.151,00

Algemene reserve grondexploitatie

€    572.791,00

Totaal Algemene reserves

€ 1.983.942,00

Onvoorzien incidenteel
De post onvoorzien incidenteel bedraagt per 1 januari 2018 € 35.400,00. Dit bedrag is beschikbaar voor de incidentele weerstandscapaciteit.

Stille en geheime reserves
Als activa onder de opbrengstwaarde zijn gewaardeerd is sprake van een stille reserve. Als activa niet zichtbaar op de balans staan, maar wel een opbrengstwaarde hebben, is sprake van een geheime reserve. Deze bezittingen staan niet op de balans, vandaar de term ‘geheim’. Voor de bepaling van de weerstandscapaciteit is van belang dat de activa waarin een stille of geheime reserve besloten ligt direct verkoopbaar zijn. Gemeenten kennen twee soorten stille/geheime reserves. Dit zijn stille/geheime reserves in financiële vaste activa (deelnemingen, aandelen) en stille/geheime reserves in de materiële vaste activa (bijvoorbeeld gronden niet ingebracht in de grondexploitatie, panden et cetera).

De reserve wordt in dit geval gevormd tussen het verschil in de boekwaarde en de geschatte opbrengstwaarde, voorop gesteld dat de gronden en gebouwen in kwestie ‘verhandelbaar’ zijn. In een groot aantal gevallen is dat niet het geval voor de gronden omdat de verhandelbaarheid wordt beperkt door de bestemming van de grond of door ongunstige ligging. Toch heeft de gemeente percelen die thans als weide in gebruik worden gegeven en een opbrengstwaarde hebben.

Omschrijving

Boekwaarde

Opbrengstwaarde

Gronden (overhoeken Boschkens)

€ 354.630,00

€     354.630,00

Gronden van de algemene dienst

€              0,00

€     680.000,00

Panden

€ 554.000,00

€  6.491.500,00

Totaal

€ 908.630,00

€  7.526.130,00

De overwaarde (verschil tussen de boekwaarde en de te verwachten opbrengstwaarde) bedraagt dus € 6.617.500,00 en wordt voor 40% (conform de nota weerstandsvermogen en risicomanagement) meegerekend en is beschikbaar voor incidentele weerstandscapaciteit. Dat is een bedrag van € 2.647.000,00.

Financiële bezittingen
Onder de financiële bezittingen verstaan we de deelnemingen in bedrijven. Bij de gemeente Goirle gaat het, zoals bij vrijwel alle gemeenten, om deelnemingen in bedrijven die het publiek belang dienen. Deze deelnemingen zijn doorgaans niet, dan wel nog niet, verhandelbaar.

In het licht van deze nota wordt thans van een voorzichtige prognose uitgegaan met betrekking tot de opbrengstwaarde.

Omschrijving

Boekwaarde

Opbrengstwaarde

Aandelen TWM

€ 204.201,00

€ 3.000.000,00

Aandelen BNG

€   31.590,00

€      31.590,00

Aandeel Brabant Water

€     8.936,00

€        8.936,00

Totaal

€ 244.727,00

€ 3.040.526,00

De overwaarde bedraagt € 2.795.799,00. Die waarde rekenen we voor 40% mee en hebben we beschikbaar als incidentele weerstandscapaciteit. Dat is een bedrag van € 1.118.320,00. Dividenden uit aandelenbezit zijn structureel als opbrengst geraamd in de gemeentebegroting en kunnen in het bestek van deze nota dus niet worden meegeteld. Het betreft alleen een dividend van de aandelen bij de BNG.

Conclusie
De verwachte totale incidentele weerstandscapaciteit bedraagt thans:

Algemene weerstandsreserve

€ 1.411.151,00

Algemene reserve grondexploitatie

€ 572.791,00

Onvoorzien incidenteel

€ 35.400,00

Stille en geheime reserves

€ 2.647.000,00

Financiële bezittingen

€ 1.118.320,00

Totaal

€ 5.784.662,00

Berekening structurele weerstandscapaciteit
In dit onderdeel bepalen we de bestanddelen van de structurele weerstandscapaciteit. Het theoretisch kader vullen we in voor de specifieke situatie in Goirle. Ook daarbij gaan we uit van de situatie per 1 januari 2018, dan wel van de meest actuele gegevens.

Onvoorzien structureel
De stand van onvoorzien structureel is per 1 januari 2018: € 35.400,00. Dit bedrag is beschikbaar voor de structurele weerstandscapaciteit.

Begrotingsruimte
De gemeente Goirle verkeert niet in een dusdanige positie dat er structureel veel ruimte bestaat binnen de begroting. Voor de berekening van de weerstandscapaciteit telt alleen de ruimte in het huidige begrotingsjaar mee.

Onbenutte belastingcapaciteit
De Financiële Verhoudingswet (Fvw) bepaalt dat de eigen inkomsten van een gemeente een bepaald redelijk peil moeten hebben, wil zij in aanmerking komen voor een aanvullende uitkering op basis van artikel 12 Fvw. Het redelijk peil voor de ozb wordt berekend via een bepaalde tabel (mei-circulaire, blz. 137). Op basis van die tabel is het percentage van de WOZ-waarde voor de toelating tot artikel 12 voor het jaar 2018 (redelijk peil OZB) vastgesteld op 0,1952.
Het verschil tussen dit redelijk peil ozb en de geraamde opbrengst ozb wordt de onbenutte belastingcapaciteit genoemd.
De onbenutte belastingcapaciteit bedraagt per 1 januari 2018 op basis van de meest actuele cijfers:
€ 1.768.549,00. Dit bedrag is beschikbaar voor de weerstandscapaciteit indien zich structurele risico’s voordoen. We dekken deze risico’s in eerste instantie door het aanspreken van de incidentele weerstandscapaciteit, maar bij de opstelling van de volgende begroting moet de dekking binnen de exploitatie worden gevonden. Lukt dit niet dan kan eventueel een beroep worden gedaan op de onbenutte belastingcapaciteit. Deze bepalen we door de ruimte die bestaat binnen de drie belangrijkste eigen inkomsten van de gemeente, te weten de onroerende zaakbelasting, de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. De laatste twee voor zover deze niet reeds kostendekkend zijn. In onderstaande tabel is een berekening van de belastingcapaciteit gemaakt.

Taakveld

Soort belasting

Opbrengsten begroting 2018

Maximum opbrengst 2018

Onbenutte capaciteit 2018

7.2.

Riolering 

Rioolheffing

2.166.400

2.167.073

673

7.3.

Afval

Afvalstoffenheffing

1.585.638

1.582.009

-3.629*

0.61

OZB Woningen 

0.62

OZB Niet Woningen 

Onroerende-zaakbelastingen

van woonruimten èn

overige panden

4.523.000

6.294.505

1.771.505

Totaal

8.275.038

10.043.587

1.768.549

* de tarieven zijn berekend op basis van de maximale opbrengst, niet de begrote opbrengsten.

Kostenreductie
In het kader van het terugdringen op de begroting is al op vele fronten aan kostenreductie gedaan. Het is evident dat op dit onderdeel niet mag worden verwacht dat we nog substantiële bedragen kunnen inboeken, zonder dat dit invloed zal hebben op bestaand beleid.

Conclusie
De verwachte totale structurele weerstandscapaciteit per 1 januari 2018 bedraagt:

Onvoorzien structureel

€ 35.400,00

Onbenutte belastingcapaciteit

€ 1.768.549,00

Totaal

€ 1.803.949,00

Overzicht van de totale weerstandscapaciteit (incidenteel en structureel)

algemene weerstandsreserve

1.411.151,00

algemene reserve grondexploitatie

 572.791,00

Totaal reserves

1.983.942,00

Bij :

factor

onvoorzien incidenteel en structureel

70.800,00

stille reserves gronden en panden:

gronden algemene dienst

0,40

272.000,00

andere panden

0,40

2.375.000,00

stille reserves financiële bezittingen

aandeel TWM en verwachte opbrengst

0,40

1.118.320,00

onbenutte belastingcapaciteit

1.768.549,00

Weerstandscapaciteit, afgerond

7.588.611,00